Tot zijn veertiende woonde Martijn Barto in Spijkenisse, maar inmiddels is de 29-jarige speler van SC Cambuur een halve Fries.
“Ik heb de helft van mijn leven in het westen gewoond en de andere helft in het noorden. Ja, the best of both worlds hè. Ik heb het hier heel goed, maar ik kan in Rotterdam ook genieten van de Erasmusbrug,” aldus Barto, die zondag Feyenoord treft.
Als klein jochie kwam hij aan de hand van zijn ouders voor het eerst in de Kuip. ‘Ik kan me die wedstrijd nog goed herinneren tegen Go Ahead Eagles. Ruud Heus met een afstandsknal en een hakje van Jozsef Kiprich. Vanaf dat moment was ik groot supporter van Feyenoord, dat gaat er nooit echt meer uit. Maar nu ik hier bij Cambuur voetbal zie ik dat het publiek wel een beetje vergelijkbaar is. Dit is wel een kleinere club, maar ook een volksclub met fanatieke aanhangers. Dat is heel mooi. Ik denk dat ik hier goed op mijn plek ben.”
Barto hoopt zondag tegen Feyenoord te schitteren, al zal niet iedereen uit zijn omgeving even blij zijn als hij de ploeg van trainer Ronald Koeman daadwerkelijk pijn doet. “Mijn ouders en andere familieleden hebben mij al gewaarschuwd. Ik heb in de vorige wedstrijd natuurlijk twee doelpunten gescoord tegen Vitesse, als ik dat nog een keer doe komen ze mij opzoeken,” lacht Barto. “Nee, ik heb een hoop te danken aan Cambuur, ik ga proberen te knallen. Wat het oplevert zien we zondag wel.”
De Spijkenisser is in de tweede seizoenshelft een vaste waarde geworden bij promovendus Cambuur. “Ik heb na de winterstop mijn kans gekregen en gepakt. We zijn veilig met Cambuur, dat is ook hartstikke mooi, op dit moment is het echt genieten.”
Op zijn veertiende vertrok Barto vanuit Spijkenisse richting het noorden van het land, waar hij werd binnengehaald door SC Heerenveen en zes jaar in de jeugd speelde. Via RKC Waalwijk, Helmond Sport en de amateurs van Harkemase Boys belandde de aanvaller in 2011 in Leeuwarden. “Ik heb veel stappen gemaakt in korte tijd, want zes a zeven jaar geleden speelde ik nog in de eerste klasse. Maar ik wist wel dat ik van meerwaarde kan zijn bij Cambuur. Ik laat duidelijk zien dat ik goed mee kan en belangrijk kan zijn.”