Dirk Kuyt maakte in het seizoen 1998/99 zijn debuut in de Eredivisie en voetbalt nu nog steeds. De blonde Katwijker is bezig aan zijn achttiende seizoen als prof en liet in de eerste helft van de voetbaljaargang bij Feyenoord zien dat hij het nog lang niet verleerd is. Kuyt maakt nog indruk met zijn absolute winnaarsmentaliteit en passie en zegt dat het eigenlijk al van kinds af aan in hem zit om maar te blijven gaan.
In een interview met De Telegraaf geeft de 35-jarige aanvaller aan dat hij zijn over-mijn-lijkmentaliteit van huis uit meekreeg. “Als je iets wilt bereiken, moet je alles geven. Dat is een eerste vereiste”, aldus Kuyt. Het zit hem naar eigen zeggen in de genen dat hij veel werk kan verzetten. Ter illustratie haalt hij aan dat hij in de jeugd van Quick Boys altijd kleiner was dan de anderen.
“Maar ik dacht nooit aan opgeven. Als ik tegenover een jongen stond die een kop groter was, of zelfs twee koppen groter, zei ik niet: ’Die is te groot voor mij.’ Daar ging ik gewoon de strijd mee aan, omdat ik in mijn eigen omgeving niks anders zag”, aldus Kuyt. Uiteindelijk was het FC Utrecht dat hem oppikte bij de Katwijkse amateurs. Op zijn zeventiende debuteerde Kuyt in het eerste en al met al bleef hij vijf jaar bij de club uit de Domstad.
Het was mede aan zijn ouders te danken dat Kuyt daadwerkelijk een doorbraak beleefde en het maakte bij FC Utrecht. In het hervorm christelijke dorp waar hij vandaan komt was de zondagsrust belangrijk. Toen FC Utrecht zich echter voor hem meldde en direct wilde aantrekken, lieten de ouders van Kuyt de beslissing aan hun tienerzoon. “Betaald voetbal spelen hield in dat ik ook op zondag moest spelen. Als ik mijn droom wilde volgen, zouden ze me steunen. Wat ieder ander daarvan vond, interesseerde ze niet.”