Welke supporter je het ook vraagt Bruno Martins Indi is een leuke vent, vriendelijk en altijd bereid tot een praatje, een handtekening of foto, niets is Bruno te veel.
Het had ook anders kunnen lopen. Als jochie stond Martins Indi te boek als een kwajongen, één van de straat. Het is het plezier in voetbal wat hem uiteindelijk op het recht pad houdt en tot de man maakt die hij nu is. Een man die hoopt dat zijn vriendin hem waardeert en zijn dochter tegen hem zegt dat hij een goed vader is.
Rolando Maximiliano (Bruno) Martins Indi werd op 8 februari 1992 in Barreiro Portugal geboren, maar oorspronkelijk is hij van Guinee-Bissause afkomst. Toen hij drie maanden oud was verhuisde het gezin naar Rotterdam, waar Bruno op 8-jarige leeftijd zijn voetbalcarrière als E-pupil bij Spartaan’20 begon.
Als eerstejaars C-junior stapt hij over naar Feyenoord, waar hij in mei 2009 zijn eerste profcontract tekent en als linksback uitgroeit tot jeugdinternational. In de zomer van 2010 wordt hij, terwijl hij officieel nog A-junior is, definitief toegevoegd aan de eerst selectie van Feyenoord en maakt in de Europa League tegen het Belgische AA Gent zijn officiële debuut in het eerste elftal van Feyenoord.
De ontwikkeling van Martins Indi zet door, wat ook Louis van Gaal opvalt. De bondscoach laat hem in de interland tegen België naast zijn maatje Stefan de Vrij debuteren in het Nederlands elftal. Al snel is Martins Indi niet meer weg te denken bij Oranje en Feyenoord. Met zijn lengte, kracht en snelheid heeft hij alles in huis om uit te groeien tot een topverdediger.
“ik ken mijn goede en zwakke punten en zet die voor mezelf om in concrete punten. Daarvan leer ik nog het meest. Ik ben bijvoorbeeld nooit blij na een overwinning, heb altijd nog wel een paar op- of aanmerkingen op wat beter kon en moest. Op die manier blijft er steeds ruimte over voor verbetering. Perfectie bestaat niet, je kunt het nooit bereiken, maar er wel naar streven. Dat is wat ik doe, ieder training en elke wedstrijd opnieuw. Heb ik ook moeten leren.
Toen ik net debuteerde bij Feyenoord had ik geen idee wat profvoetbal inhield. Ik deed maar wat, dacht dat ik het me kon permitteren het soms even rustig aan te doen. Nou dat kan natuurlijk niet, leer je snel genoeg. Je moet jezelf altijd afvragen wat je goed doet, maar vooral ook wat er beter kan, zodat je uiteindelijk echt een meerwaarde kunt zijn, als voetballer en als persoon. Ik zal nooit een medespeler laten vallen. Je moet pijn willen lijden voor elkaar. Daarom zul je mij nooit zien zeuren of schelden. Heeft geen zin wordt niemand beter van. Die eigenschappen zie ik als mijn meerwaarde.
Ik leef niet alleen voor mezelf. Neem verantwoordelijkheid voor de mensen om me heen, zoals familie en vrienden, mensen die me nodig hebben, ik vind dat eigenlijk het belangrijkste van alles. Ik wil dat mijn dochter later ooit tegen me zegt dat ik een goed vader voor haar ben geweest en dat mijn vrouw me waardeert als echtgenoot. Voor mij is dat echt het allerhoogste doel.
Het boek ‘de bijzondere reis van een prikkel, door Bouke de Boer’ neem ik overal mee naar toe. Het geeft mee een bepaalde rust. Ik kreeg het boek van mijn vriendin Mecia. Ik ben erin begonnen en het greep me meteen aan. De schrijver legt goed uit wat neurolinguistisch programmeren betekend. Het komt erop neer dat je bewust wordt van je onbewuste acties. Vroeger vertelde ik gewoon wat zonder dat ik echt luisterde. Ik weet inmiddels veel beter wie ik ben, wat ik kan en wat mijn talent is.
Het boek geeft me nieuwe inzichten. Ik doe er alles aan mijn top te halen, als mens en voetballer.” Het huidige seizoen van Feyenoord beschrijft de verdediger als ‘het jaar van de gemiste kansen’. “Voor dit seizoen bleef de ploeg bij elkaar en waren de verwachtingen hooggespannen. Daaraan hebben we nog niet helemaal kunnen voldoen. We hebben te veel onnodige punten verloren. Als dat een paar keer gebeurd kun je niet meer praten over pech.”
Martins Indi heeft een contract tot 2016 bij Feyenoord. En de honkvaste speler wil zijn contract bij de Rotterdamse ploeg best verlengen. “Misschien wil ik wel Mister Feyenoord worden? Als het gaat om een transfer, heb je te maken met meerder partijen. Ik kan het wel willen, maar ik sta nog onder contract bij Feyenoord, dat ook wat te zeggen heeft. Dus ben je in dat opzicht nooit helemaal de baas.
Ik vind ook dat ik pas moet gaan als de tijd rijp is, wanneer alles klopt. Dat is zeker nog niet het geval. Vandaar dat ik mijn contract wel wil verlengen, maar of die mogelijkheid er is? Mijn gevoel verteld mij altijd welke keuze ik moet maken. Dat gevoel is nog steeds Feyenoord. Mijn club en mijn stad. Zo simpel ligt het.”