Stefan de Vrij hoopt van harte dat zijn goede tweede seizoenshelft met Feyenoord hem een ticket voor het WK zal opleveren.
En dan het liefst in een Oranje-selectie met Bruno Martins Indi én Ron Vlaar.
De Vrij klom in de tweede competitiehelft uit een dalletje en besloot het eredivisieseizoen met een goede reeks. Wellicht kan hem dat net het zetje richting Brazilië geven. Want de centrumverdediger kreeg tijdens de WK-kwalificatiereeks veel speeltijd, maar ontbrak in de meest recente interland, begin maart tegen Frankrijk (2-0 verlies), in de selectie.
Het toeval wilde dat waar De Vrij bij Oranje even buiten de boot viel, zijn goede vriend en clubgenoot Bruno Martins Indi dit aan het einde van het seizoen bij Feyenoord overkwam. Op zulke momenten steunen de twee elkaar, vertelt De Vrij aan Nusport.nl. ”Wij hebben een heel goede band en zijn er voor elkaar als het minder gaat.”
“Ja, dat gaat wel iets verder dan alleen ‘kop op’ tegen elkaar zeggen. Wij praten over van alles. Hier in Hoenderloo heeft iedereen een eigen kamer, maar als we met Feyenoord op pad zijn, dan zijn Bruno en ik kamergenoten. Wij zijn altijd aan het praten en discussiëren.”
“Bij Feyenoord werden ze op een gegeven moment zelfs een beetje gek van ons. Dan stonden wij weer bij het bord in de kleedkamer bepaalde spelsituaties terug te halen en gingen we in discussie. Soms ook met andere spelers erbij. De één vond dit en de ander vond dat. Of we het meestal uiteindelijk wel eens worden? We zijn allebei wel wat koppig, maar we komen er altijd wel uit. Ik vind dat soort discussies alleen maar leuk. Het is ook gewoon goed om veel over het spel te praten.”