Als je klein bent, heb je grote doelen’, zegt Feyenoord A1-aanvaller Oussama Idrissi over een gastles die hij onlangs gaf aan groep acht van de Rotterdamse Bogermanschool.
Vrijwel wekelijks gaan jeugdspelers van Feyenoord op bezoek bij verschillende basisscholen om met leerlingen te praten over het bereiken van hun doelen.
‘Ik speel nog niet in het eerste elftal van Feyenoord, maar toch merkte ik dat de kinderen in de klas een beetje tegen mij opkeken. Het is leuk om met kinderen te praten over hoe ze hun toekomst zien en mooi om te merken dat ze aandachtig luisteren als je hen iets verteld. In de les ging het om de koppeling tussen de doelen die je hebt als voetballer en de doelen die je hebt als leerling als op school.
Kinderen in groep acht zijn op een leeftijd waarop ze voor het eerst belangrijke keuzes moeten gaan maken, bijvoorbeeld naar welke school ze gaan en op welk niveau. Ze beseffen dat ze serieus moeten worden en gaan zich bedenken wat ze ervoor willen geven om het hoogste te bereiken. Ik denk dat het mooi is dat je als voetballer kinderen daarmee kunt helpen door hen te motiveren of te stimuleren.
Ik heb tegen de kinderen gezegd: als je klein bent heb je een groot doel, dat misschien nog niet heel realistisch is. Hoe ouder je wordt, hoe meer je jouw doelen gaat bijstellen. Je weet dan steeds beter of jouw doelen realistisch zijn. Zelf heb ik altijd de droom gehad om profvoetballer te worden, al heb ik vrij lang bij de amateurs gespeeld. Ik was al eerstejaars C-junior toen ik naar NAC ging. Sinds drie jaar speel ik nu bij Feyenoord.
Als jeugdspeler heb je een voorbeeldfunctie, zeker als je bij een van de grootste clubs van Nederland speelt. Toen ik de stap maakte van NAC naar Feyenoord, merkte ik dat mensen in mijn omgeving anders naar mij gingen kijken. Op dat moment ging ik er zelf ook over nadenken dat ik bewust bezig moet zijn met mijn gedrag. Om die reden heb ik ook met mezelf afgesproken dat ik altijd netjes moet blijven naar iedereen toe.
Ik eis van mezelf dat ik me goed gedraag. Sowieso wil ik me vooral graag richten op school en voetbal. Dingen die andere jongens van zeventien of achttien doen, zijn niet altijd goed voor mij. Ik heb een doel en daarvoor moet ik bepaalde dingen doen en bepaalde dingen laten, dat geldt voor iedereen die profvoetballer wil worden. Het zou mooi zijn als ik doorbreek bij Feyenoord de kinderen zich zullen herinneren dat ik ooit nog bij hen voor de groep heb gestaan.’